Het Porcine circovirus type 2 (PCV2) komt wijdverbreid voor. Uit een onderzoek naar de aanwezigheid van afweerstoffen tegen PCV2 in Nederland bleek dat op alle onderzochte bedrijven een PCV2-infectie aanwezig was. Het virus kan economische schade aanrichten, het zorgt voor verminderde groei en een verhoogde uitval in alle leeftijdsgroepen. Het virus kan het immuunsysteem van het varken aantasten. Daardoor kan het varken zich niet meer weren tegen andere ziekten en kan PCV2 verschillende ziektebeelden veroorzaken. Het Circo virus kan zich verspreiden via de aanvoer van varkens, via wondjes, via sperma en kan ook in de baarmoeder van zeug naar big gaan.
Oorzaak
Het Circo virus wordt als primaire verwekker gezien, maar niet elk bedrijf dat besmet is met Circo heeft last van PMWS. Momenteel wordt gedacht dat een combinatie van andere infecties samen met het Circo virus en slechte bedrijfsomstandigheden het ziektebeeld veroorzaken.
Verschijnselen
Het bekendste ziektebeeld is PMWS, officieel Postweaning Multisystemic Wasting Syndrome, vaak aangeduid als ‘wegkwijnziekte’. Dit ziektebeeld werd in 1991 bij (gespeende) biggen en (jonge) vleesvarkens in West-Canada opgemerkt. In 1996 werd voor het eerst een verband beschreven tussen PMWS en het PCV2-virus). Sinds 1998 wordt dit ziektebeeld ook in Nederland gezien. PMWS leidt vaak tot een sterk verhoogde uitval tussen 6 en 16 weken leeftijd. PMWS geeft problemen met verschillende lichaamsfuncties. Longen, nieren, lever, maag en darmen kunnen aangetast worden. Dieren worden daardoor ook bleek.
Behandeling en preventie
Specifiek tegen PCV2 is er geen behandeling. Door het aanpakken van andere ziekten en te zorgen voor een optimaal management kunnen problemen ten gevolge van Circo wel voorkomen worden. Verder is het van belang dat er rekening gehouden wordt met goede hygiene. Er zijn vaccins die er voor zorgen dat het virus zich niet vermenigvuldigt. Het is dus niet zo dat er een vaccin is dat het PCV2-virus voorkomt. De schade kan beperkt worden gehouden.
De waarschijnlijkheidsdiagnose op een bedrijf is te stellen op basis van de verschijnselen. Met behulp van sectie is de diagnose te bevestigen. Belangrijk is hiervoor, in overleg met de dierenarts, de juiste dieren te selecteren. Met een PCR is de virusload in bijvoorbeeld de lieslymfeknopen te bepalen en als deze boven een bepaalde norm zit, is Circo verantwoordelijk voor klinische problemen. In bloed kunnen afweerstoffen tegen PCV2 aangetoond worden. Het aantonen van afweerstoffen of het virus is nog niet voldoende om klinische klachten te wijten aan dit virus. Het gaat om een combinatie van klinische verschijnselen, de virusload en het eventueel uitsluiten van andere ziekten.
