In de Duitse deelstaat Nordrhein Westfalen worden hekken geplaatst rond afgebakende gebieden in de districten Olpe en Siegen-Wittgenstein, waar met Afrikaanse varkenspest besmette wilde zwijnen zijn gevonden. Het doel van deze maatregel is om te voorkomen dat de dieren zich verplaatsen en zo het virus verder verspreiden.
Ongeveer een maand geleden werd het eerste besmette wilde zwijn ontdekt nabij Kirchhundem in het district Olpe. Sindsdien zijn er in de districten Olpe en Siegen-Wittgenstein zo’n veertig dode wilde zwijnen positief getest op het virus. Als reactie daarop zijn in deze regio’s, evenals in het district Hochsauerland, diverse beschermingsmaatregelen ingevoerd om verdere verspreiding tegen te gaan.
Begin juli werd het oorspronkelijke besmette gebied geclassificeerd als ‘verbodszone II’, met daar omheen een bredere ‘verbodszone I’ als buffer. Om migratie van besmette dieren te beperken, is na uitgebreide monitoring op kadavers gestart met de aanleg van een hek rondom het gebied.
Daarnaast worden wilde zwijnen in het hart van verbodszone II actief bijgevoerd om te voorkomen dat ze op zoek gaan naar voedsel buiten het gebied. De zoektocht naar kadavers wordt zo zorgvuldig mogelijk uitgevoerd om de dieren niet te verstoren en hun verblijf binnen de zone te waarborgen. De afrastering is bedoeld om de besmette populatie zoveel mogelijk binnen de grenzen van verbodszone II te houden.